zondag 22 mei 2016

Wandeling

Mijn remedie tegen de negatieve energie van vandaag is wandelen. Het weer is niet optimaal. De lucht dreigend grijs, mini-spatjes regen, maar: de wind blies niet zo hard als afgelopen week. En ach, die paar druppeltjes waar je niet echt nat van wordt. Een gok is het om zonder paraplu te gaan, want je weet maar nooit hoe wijd de Godin de douchekraan gaat openzetten. Morrigan gokt het erop en ook met douche had ik nog heerlijk gevonden.

Dus ik zet koers richting kust. In de duinen aangekomen hoor ik in de verte het geruis van de zee. De vogels fluiten altijd zó enthousiast in mei. En het zijn er altijd zoveel.

Ik begin te wandelen, eerst een stukje naar het noorden. Bij een strandopgang kijk ik naar het westen en geniet van het uitzicht op de zee die naadloos aansluit en overgaat in de lucht.

Een fotograaf vertelde mij eens dat zijn zoontje van 3 hem verbaasde. Bij een dergelijke lucht wees het jongetje naar zee en zei: 'Kijk papa, daar vliegt een boot.'
Papa twijfelde even en dacht dat hij zijn kind in een blijkbaar vreemde bui een en ander verkeerd had uitgelegd. Namelijk dat vliegtuigen vliegen en boten varen. Maar hij keek nog eens goed en zag ineens wat zijn zoontje bedoelde.
Wie op een grijzige dag over zee kijkt, en ver weg een boot ziet, ziet een boot vliegen. Want de zee en lucht vloeien in elkaar over, de afscheiding tussen zee en lucht is niet zo scherp, waardoor benden boven lijkt.
Morrigan zag dus in de verte drie tankers als Zeppelins in de lucht hangen.

Door de duinen loop ik terug naar het zuiden, ruik de heerlijke lucht. Alles ruikt altijd extra lekker als het een klein beetje regent. Of als het net heeft geregend. Uiteindelijk kom ik bij de kleine boulevard, loop daar een stukje rond en wandel dan richting het oosten, om weer naar huis te gaan.
Maar nu voel ik mij pas weer helemaal in harmonie met de natuur, weer helemaal een met het universum en verbonden met mijn omgeving. Om die verbondenheid wat steviger te verankeren, besluit ik nog wat langer door de duinen te lopen. In een duinpan zoek ik naar de vos die ik hier wel eens heb gezien. Maar meneer Vos in de Duin houdt zich schuil vanavond. Ik klim een steile duin op, kijk over het prachtige, rustige landschap uit, loop zachtjes weer naar beneden en als ik voel dat ik mij weer echt heb verbonden, keer ik weer terug naar huis.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten