Roadies op het podium. De man met de mooie bos grijs haar draagt
een North Sea Jazz- shirt, uit welk jaar is Morrigan vergeten (op de shirts staat altijd het jaartal, als aandenken voor festivalbezoekers). Hij was ook op het Haagse Parkpop in 2012 om de
microfoons, de drums en andere muziekapparatuur te testen en klaar te zetten, herinnert Morrigan zich.
Patti Smith klinkt door de speakers. Het is donker in de zaal. De roadies verdwijnen,
de speakers zwijgen, het licht gaat uit. De zaal is stil en wacht op iets
magisch.
Figuren komen het donkere podium op. Ze nemen hun plaatsen in en dan
klinkt de beat. De beat, de beat, de beat. Bas en drum. Gitaar. De Stem. ‘I’ve
got a pizzaland complexion’.
Het publiek juicht. Licht aan. En daar staat hij.
Adam Ant. Gekleed in zwart leer, bril, schoenen die mega-pleisters
als klitteband over de wreef heen hebben. Het concert is los.
De eerste rij staat als gebiologeerd. Een fotografe neemt
foto’s van de fans. Een vrouw die in hetzelfde hotel als Morrigan logeert,
staat ook op de eerste rij. Ze heeft haar hele gezicht wit geschminkt en haar
ogen zwaar zwart opgemaakt. Haartjes netjes omhoog zoals de punkies dat
destijds deden. Ik weet dat zij nu alle vier de concerten heeft gezien.
Dezelfde ochtend herkende ik haar van een eerder concert en spraak haar aan. De
vrouw was verbaasd dat ik haar herkende zonder haar make-up op. Maar Morrigan
heeft een ijzeren geheugen voor gezichten, vooral als ze anders zijn dan
anders. Die ochtend vertelde de vrouw dat ze drie concerten van Adam had gezien
en dat ze voor deze avond geen kaartje had. Ze zou er toch een gaan kopen voor
de laatste show en daar stond ze. Opnieuw gebiologeerd. Voor de vierde avond op
rij voelt zij zich weer even jong.
Adam is een brok energie. Hij zingt, hij schreeuwt, hij danst, hij ligt, hij maakt zich kwaad. Maar
al die tijd gedraagt hij zich netjes, vrijwel geen onvertogen woord komt over
zijn lippen. "My mum ’s here,'' en hij kijkt naar het balkon. Zijn moeder was
naar zijn laatste show gekomen en bleek apetrots op hem te zijn. Tijdens de
afterparty zei ze "He still’s got it," hoorde Morrigan een paar dagen later van
iemand die op het feestje was en zijn moeder had gesproken.
Adam is in topvorm. Zijn stem is soepel, zijn energie
overweldigend, zijn act uitdagend. Met die ingrediënten maakt hij een magische
show. Het grootste deel is electrisch, maar voor de afwisseling speelt hij deze
keer ook drie akoestische nummers. Morrigan die nu voor de vijfde keer bij een
optreden van the Ant is, hoort voor het eerst ‘S.E.X.' en ‘Picasso’ live. De
magie zat in het nummer ‘Vampires’, dat Morrigan nog niet eerder had gehoord.
Akoestisch uitgevoerd. Met een makkelijke melodie, betoverende gitaar-
akkoorden en natuurlijk Adams magische stem, raakte dat nummer mij. ‘Enough
is never enough’, is een van de zinnen die door mijn ziel sneed. ‘There’s a lot of vampires out
there… hangin out to grab your soul … they don’t live in Transylvania… they
don’t live in rock ‘roll….’ waarna het concert elektrisch verder raast
en de zaal meeneemt in die energie.
De gitaristen worden één met hun gitaar bij ‘Zerox’ en een concertbezoeker
meent dat hij is getransformeerd in een tennisbal. Beter gezegd: skippybal.
Morrigan moet één keer haar donkere Morriganblik opzetten en even met haar
wijsvinger richting het gezicht wijzen om de skippybal duidelijk te maken dat
hij beter een andere kant uit kan stuiteren. Dat doet hij dan ook, waardoor een
vrouw die wat meer vooraan staat een onverwachte opdonder krijgt. Beveiliging ziet de skippybal en waarschuwt. Zonder effect. Twee tellen later is de skippybal op mysterieuze wijze verdwenen.
Adam geeft gas op het podium. En dan de allerlaatste
toegift. "Omdat het zondag is," kondigt hij aan en Morrigan weet dat ‘Whip in my
valise’ eraan komt. Waarom? Vanwege zijn ode aan zijn ‘Sunday Spanker’. En weg
flitst hij als het nummer is afgelopen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten